In de eerste helft van 2021 is er op verzoek van een brede vertegenwoordiging uit het bedrijfsleven een haalbaarheidsonderzoek naar een ondernemersfonds in Hardinxveld-Giessendam uitgevoerd. Een dergelijk fonds stelt ondernemers en maatschappelijke partijen in staat om gezamenlijk collectieve voorzieningen te bekostigen en nieuwe initiatieven te ontplooien. De middelen komen tot stand door een verhoging van de onroerende zaakbelasting (OZB) over niet-woningen (€ 75 per € 100.000 WOZ-waarde). Deze verhoging wordt één op één doorgezet als subsidie richting de stichting van het ondernemersfonds. Deze stichting zal deze middelen vervolgens inzetten ten gunste van de ondernemers, verenigingen en stichtingen die de belasting ook betalen. Voor wat betreft de inzet kun je denken aan beveiliging op bedrijventerreinen, maar ook verlichting in de winter in het centrum, maar ook voor maatschappelijke initiatieven van bijvoorbeeld sportverenigingen. 

De gemeenteraad heeft nagenoeg unaniem met dit voorstel ingestemd. Als ChristenUnie zijn we erg tevreden dat er op dit dossier door wethouder Nederveen nu dit resultaat is behaald. Eerdere initiatieven om vanuit gemeenschappelijk belang te komen tot zichtbare resultaten voor ons dorp zijn gestrand op individuele belangen. We gaven ten aanzien van dit onderwerp de volgende stemverklaring: 

Het midden en kleinbedrijf is de motor van de economie in Hardinxveld-Giessendam. Ondernemers hebben lef en daadkracht en zijn bereid risico’s te nemen. Ze voegen waarde toe aan de economie, ze creëren werk en zorgen voor innovaties. In dat licht is volgens de fractie ChristenUnie een goed ondernemers- en vestigingsklimaat belangrijk. Want, een fijn vestigingsklimaat is geld waard voor je bedrijf, zegt een enthousiaste ondernemer, volgens de stukken. De oprichting van een ondernemersfonds biedt daarin nog meer kansen en mogelijkheden.

De fractie van de ChristenUnie zal daarom instemmen met het voor ons liggende voorstel.

Kleine aantekening daarbij dat we een evaluatie na 4 jaar wel wat lang vinden. Wellicht is het goed om een tussentijdse evaluatie na 2 jaar in te passen.