Afgelopen zaterdagochtend zijn we met de fractie op bezoek geweest in “De Blauwe Zoom”. Tijdens dit bezoek hebben we gesproken met bewoners en gebruikers van “De Appelgaard” (met name Vriendenschaar).

Door het prachtige weer zaterdagochtend was een rondje door de wijk een aangename bezigheid. Met diverse bewoners hebben we gesproken over het wonen in een nieuwe wijk/buurt.

Het gesprek met Vriendenschaar leverde nuttige informatie op over de ervaringen met de manier waarop “De Appelgaard” wordt beheerd. De hal zelf voldoet volgens hen wat betreft de functionaliteit. Er kan goed in gekorfbald worden en de hal bespaard veel autoritten naar hallen in de omgeving. Vriendenschaar heeft wel vraagtekens bij de manier waarop het beheer is ingestoken. Het levert in ieder geval veel extra werk op dat door vrijwilligers moet worden opgevangen. Het komt erop neer dat nagenoeg dezelfde inspanning wordt gevraagd als op de eigen accommodatie.

Uit een dergelijk voorbeeld blijkt maar weer eens dat we de vrijwilligers in ons dorp moeten koesteren! We kunnen niet zonder ze! Het riep bij mij wel de vraag op, of we dit als politiek ook bedoeld hebben bij het realiseren van “De Appelgaard”.

We waren het er over eens dat het niet aanwezig zijn van horeca een gemiste kans is. Daarbij is het ook nog eens een slecht visitekaartje voor het dorp. Dat gastverenigingen die soms wel meer als een uur gereden hebben ontvangen moeten worden met een bekertje water is wel erg magertjes. Het realiseren van horeca kan wel eens een dubbel positief effect hebben. Permanente aanwezigheid van mensen maakt namelijk vaak dat ook een accommodatie beter op orde blijft.

In de discussies die nog plaats zullen vinden over sportaccommodaties moeten de genoemde zorgen meegenomen worden, dat zullen wij ook zeker doen! Ik wil me de komende periode eveneens in zetten voor het realiseren van de horecafunctie bij “De Appelgaard”.

Cor van Vliet, 12 april 2011